maandag 14 februari 2011
4 X 4, het stinkdier van de groene beweging.
Een ongeval met een SUV of 4x4 is voldoende om met de nodige steekvlam- politiek de motor in brand te steken. Het ecologisch monster van de weg wordt onmiddellijk als moord- wapen gedemoniseerd.
Of is er meer aan de hand met de irrationele reacties?
Jeremy Clarkson, de presentator van het politiek incorrecte BBC automagazine Top Gear, vindt dat de afkeer voor overdreven snelheid of energieverslindende auto’s voortkomt uit de jaloezie van de lagere klassen op de gegoede burgerij. Er is een stille oorlog tegen de middenklasse aan de gang. Dat zijn diegenen die afstemmen op een TV-programma waarin de klinkers nog goed worden uitgesproken. Zo hebben de zogenaamde milieujongens geen hekel aan de 4x4’s omdat ze het landijs op Groenland zouden doen smelten maar omdat de bezitters er van welgesteld zijn. Bendes zoals de “Volgende Generaties” of “Flagadas” die stelselmatig 4x4’s beschadigen of hun banden laten leeglopen zijn hersendode ecoterroristen. Ik wens die laffe frustraten een lekke band toe als ze met hun hoogzwangere vrouw op weg zijn naar de materniteit.
Groen boontje komt dan om zijn eco-loontje.
“Het echte probleem met die 4x4’s is dat het net kernwapens zijn”, zegt Clarkson. Als je kinderen hebt, moet je ze in een stalen kooi opbergen in een normale vierwieler, want als je botst met zo’n pseudo-terreinwagen moet je doorrijden naar het crematorium. De enige oplossing, zegt de toppresentator, is dat de bazen van GM, Ford en Toyota samenkomen in Reykjavik om hun eigen SALT-verdrag te sluiten. Hij heeft daar een punt. Auto’s worden met de dag veiliger, alleen blijft de zwakke weggebruiker even zwak, erger nog, de kwetsbaarheid wordt gecultiveerd. Primitieve bakfietsen zijn het hippe alternatief voor kindertransport. Preventieve veiligheidsnormen gelden niet voor hen, maar alleen door diegenen die hun stootkarren voorbij durven steken.
Nochtans rijden er meer en meer echte tanks op onze stadswegen.
Landbouwtractoren met reusachtige laadbakken vervangen de klassieke werfwagens. Monsters zonder dodehoekspiegel. Het gebrek aan dit kleinood zorgde in 2008 voor 54 ongevallen waarvan zes met dodelijke afloop en 16 zwaargewonden. Ze rijden met rode taksvrije mazout, er is geen rijopleiding vereist, evenals geen rij- en rusttijden. Toch is de vox populi selectief blind en doof voor deze wegmonsters. Ze staan immers niet te glimmen op de oprit van de buurman. Als je een superauto koopt, dan hebben de buren en hekel aan kabaal. Je moet je erin wurmen als een ezel in een vogelkooitje. Je vrouw kan er in een kort jurkje niet in klimmen. Je vrienden zijn jaloers, en andere weggebruikers maken afkeurende gebaren. Veel afkeuring voor de compensatiepil van de penopauze. Toch houdt niets je tegen om zo’n auto’s te bezitten. Voor de CO²-uitstoot hoef je een SUV niet meer opstal te laten. De Lexus RX450H is een imposante limousine met een hybride motor. De VW Tiguan heeft dezelfde motor als een VW Golf en de RAV 4 van Toyota heeft dezelfde krachtbron als de Avensis. Twee Porsche Cayennes hoesten minder roet dan één Lada uit de vorige eeuw, waar de groenen vandaag nog mee rondtuffen als statussymbool. Groen! Voorzitter Wouter Van Besien gaat er zelfs mee op audiëntie bij de Koning. Wat een sympathieke knul toch, die Wouter.
De Groenen vinden een “vélocipède” met een fietsketting in optie al een futuristisch snelheidsmonster.
Een auto mag hoogstens bestaan uit wrakhout en ijzerdraad, vervaardigd op een open plek in het oerwoud door mensen die naar het werk gaan op schoenen van bladeren. Je mag je ermee verplaatsen met de snelheid van een schildpad, maar dan op z’n rug. Voor de roden, de socialisten mag je een auto assembleren, maar mag je er zeker niet mee rijden. Het woord sociaal hadden ze al lang uit hun naam moeten schrappen, benzine moet voor hen zo duur mogelijk zijn zodanig dat alleen de rijken nog achter het stuur kunnen kruipen. De arbeider moet voor hen terug op de fiets, de bus, de trein of de tram. Motorische penisnijd om het in Freudiaanse termen uit te drukken. Een auto is nochtans sociaal. Je kunt erin vroemen, vrijen en vloeken, niet noodzakelijk in deze volgorde. Het is een deel van het gezin, net zoals de hond. Zoals de viervoeter op zijn baasje lijkt, lijkt het bakbeest op zijn chauffeur. Men zegt niet dat “het” een lekke band heeft, maar “ik heb een lekke band”. Je kuist je auto niet, je wast je auto net zoals je handen. De auto is ook de enige plaats waar je alleen kunt zijn, net zoals op het toilet. Een auto is ook openbare afzondering. Je mag er (voorlopig zelfs nog) in roken. Vandaar dat de roodgroene taliban het stinkdier haat, want het zorgt voor vrijheid en genot en daar heeft de geitenwollensokken-trabant-generatie een hekel aan. Straks komen er nog verkeersborden die je verbieden te roken als je op 100 meter een openbaar gebouw voorbijrijdt.
De milieubeweging is, dixit Clarkson, overgenomen door diegenen die vroeger linkse klassenstrijders werden genoemd. Samen met het groene bewustzijn werd door hen de afgunst ingelepeld. Zo scherp durf ik het niet eens te stellen, maar de afgunststrategie is een machtig wapen vooral als je je eigen levenswijze wilt opdringen aan een ander.
Jean Marie Dedecker
Voorzitter LDD
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten