Archief

vrijdag 6 september 2013

Open brief aan Johan Vande Lanotte, over de Oostendse immobilaire (wan)toestanden.


 
 
 Beste Johan,
Eigenlijk moet ik mijn queeste richten aan de nieuwbakken baas van het Autonoom Gemeentebedrijf Stadsontwikkeling Oostende (AGSO), Bart Tommelein. Maar aangezien jij als eigenlijk opperhoofd van het Autonoom Gemeentebedrijf Haven Oostende (AGHO) de echte kapitein bent op het Oostendse immobiliënschip, neem ik de vrijheid mij rechtstreeks tot jou te richten. De poppenspeler of de buikspreker is immers altijd belangrijker dan het blauwe handpoppetje.
Even terug in de tijd, Beste Johan. In 2006 beslisten AGHO & AGSO om de havenbedrijven “aan de kop van de Hendrik Baelskaai” te onteigenen en de site om te bouwen tot een wooncomplex. Er werd op 17 juli 2008 een aanbestedingsprocedure voor het “PPS Forstraat (Vuurtorendok-Zuid ) Oosteroever” uitgeschreven. Er dienden zich 3 projectontwikkelaars aan; de usual suspects Groep Sleuyter, THV CFE aannemingsmaatschappij en bouwgroep Versluys, en Vanhaerents nv. Door een complex puntensysteem bij de toekenning van het project kwam THV CFE aannemingsmaatschappij en bouwgroep Versluys als overwinnaar uit de bus. Voor de leek was dit allesbehalve merkwaardig.
Voor het gigantische immobiliënproject had CFE een tijdelijke handelsvereniging afgesloten met het plaatselijk bouwbedrijf Versluys. Sommigen beweren dat jij Versluys daartoe verplicht had, maar kom. In de aanbesteding had THV CFE aannemingsmaatschappij en bouwgroep Versluys maar het tweede hoogste bod van 19.571.666 euro voor de aankoop van de havengrond voor het bouwen van 1200 luxeappartementen, kantoren en handelszaken. De eerste bieder (Groep Sleuyter) gaf ruim 9 miljoen euro meer, nl 28.536.707 euro. Op de gemeenteraad van 27 november 2009 heb ik hevig geprotesteerd tegen deze onterechte toewijzing en verkwisting van overheidsgelden. Toch werd op 22/06/2010 het project gegund aan THV CFE aannemingsmaatschappij en bouwgroep Versluys. Voor ingewijden was deze beslissing veel minder verrassend. De internationale groep Vinci, het moederbedrijf van CFE, koloniseert met haar dochterondernemingen DEME nv, Dredging International nv, en MBG gans Oostende.
Vinci is de wereldleider op gebied van bouw, concessie, wegenbouw en energie en is in Oostende alom aanwezig. Niet alleen is ze via Vinci-park de uitbater van 3 ondergrondse parkings (Mijnplein, Visserkaai, Zeeparking) en de parking aan de Kinepolis, ze mag ook 5496 parkeerplaatsen op de openbare weg uitbaten.
Dochterbedrijf DEME heeft via participatie in vele bedrijven zowat de ganse haven van Oostende in handen (C-power, REBO nv, Otary RS nv, Baggerwerken Decloedt nv, Power@sea nv, Rent a port nv, Rentel nv, THV Seastar, THV Mermaid, Norther nv, THV Stene Twins, Deme Blue Energy nv en OWA nv … )
En CFE monopoliseert alle grote bouwprojecten in de stad. MBG nv een dochterbedrijf van CFE nv renoveerde het Kursaal, mocht in opdracht van AGHO de werfsite de halve maan verzwaren en ook de zwaarlastkaai bouwen, in opdracht van REBO nv het Zeewezendok verstevigen (10 ha) inclusief de bouw van twee zwaarlastkaaien met een draagkracht van 20 ton per vierkante meter en DEME nv dochterbedrijf van CFE nv bouwt de nieuwe strekdammen en graaft de nieuwe vaargeul. Dochter MBG nv renoveerde ook in een tijdelijke handelsvereniging met Strabag nv het nieuwe cultuurcentrum “De Grote Post”.
Vinci en CFE nv zijn de vaste medestanders in je machtshonger, beste van Johan, in ruil voor het monopoliseren van alle parkeergelegenheid in de stad en in ruil voor participatie in alle grote Oostendse bouwprojecten. Overal in de structuren van VINCI-CFE-DEME vind je je  huisvrienden Bernard Alain en Marc Stordiau terug. Bernard Alain volgde Marc Stordiau op aan het hoofd van DEME nv (Dredging Environemental and Marine Engineering). Stordiau behoort tot je intimi en was zelfs je officiële raadgever toen je sp.a-voorzitter was in 2006. Marc Stordiau was tevens één van de 52 “bekende” Vlamingen die op de affiche van Patrick Janssens prijkte als onderdeel van zijn campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen. In 2006 richtte Stordiau een studiebureau op voor havenactiviteiten met als partners CFE nv en Ackermans & Van Haaren nv en is lid van de raad van bestuur van Rent a Port nv en Rentel nv(50% Electrawinds), belangrijke spelers in de windmolenconcessies. De enige havenactiviteiten op de Oostendse oevers is de zandwinning van n.v. Baggerwerken Decloedt nv, een 100% dochteronderneming van “Jawel” DEME.
Maar nu komt de aap uit de scheepsmouw, voor het bouwproject op de Oosteroever. We zijn vier jaar later. THV CFE aannemingsmaatschappij en bouwgroep Versluys is volop appartementen op plan aan het verkopen terwijl ze nog geen eigenaar is van de grond, op een klein hoekje na (H. Baelskaai en Fortstraat). Ook AGSO, de verkoper, is vandaag nog geen eigenaar van de terreinen en gebouwen die ze 4 jaar geleden doorverkocht heeft. Amper een paar onteigende gebouwen aan de H. Baelskaai behoren haar toe. Negentig procent(90%) van het bouwterrein is nog altijd eigendom van het Vlaamse Gewest, ttz 88 a 63 ca “Brownfields” aan de H.Baelskaai en 3 Ha 44 a 62 ca tussen de Fortstraat en de Vuurtorenweg.
Binnen het Vlaams Gewest moesten deze terreinen eerst onbestemd verklaard worden door de Maritieme Dienstverlening Kust (bevoegdheid van Hilde Crevits) en dan overgedragen aan de “ Vastgoeddienst ” van Minister Geert Bourgeois om ze uiteindelijk te kunnen verkopen aan AGSO onder de noemer vervreemding zonder mededingen.
Maar daar moet een prijs opgeplakt worden, beste Johan, en daar wringt het schoentje. Na twee herschattingen en heel wat “politieke druk” om de prijs laag te houden werd de verkoopprijs geschat op 28.5 miljoen euro.(naam van de schatter op aanvraag) Kwatongen beweren zelfs dat de schatter daarvoor bevorderd werd tot hypotheekbewaarder. Maar dit zouden wij zelf nog niet durven vermoeden, laat staan zeggen. Temeer daar er geruchten de ronde doen dat de voorzitter van het aankoopcomité, (naam op aanvraag), de prijszetting “ à la baisse “ zou aangemoedigd hebben. Maar ik herhaal, beste Johan, dit zijn geruchten en verdachtmakingen. Met Oostends visserslatijn hou ik geen rekening. Moest je twijfelen aan het bedrag van de schatting dan kun je even bellen met Kris Snijkers op het kabinet van de bevoegde Minister Bourgeois.
Toch is er iets merkwaardigs aan de hand. AGSO zou minimum 28,5 miljoen euro moeten betalen om gronden te verwerven die ze zelf via een dubieuze constructie verplicht is door te verkopen voor 19.5 miljoen euro, samen met enkele terreinen die ze al bezit. Dus een dubbele aderlating van minimum 9 miljoen euro. Dit stinkt als rotte vis en je weet, beste Johan, vis begint te rotten aan de kop. Oostende verkoopt haar patrimonium en wordt er alleen maar armer van.
 
Sans Rancune,
Jean Marie Dedecker.