Toen ik in 2006 mijn boek “Rechts voor de raap “
publiceerde, werd de inhoud ervan door “Links Vlaanderen” als duivelse teksten
door de mangel gehaald en ikzelf werd overal als baarlijke duivel onthaald.
Maar 7 jaar later stel ik vast dat Bruno Tobback (SP.a)
en Wouter Devriendt (Groen), in naam van hun partij, mijn pensioenplan, die één
van de speerpunten van al onze verkiezingscampagnes was, letterlijk kopieerden.
Ze hebben de afgelopen jaren kennelijk heel goed naar mij geluisterd want ze
namen zelfs letterlijk mijn argumenten over die ik hanteerde in de media en op
debatten.
Op pag 204 en 205 van “Rechts voor de Raap “ staat
te lezen:
“Zou het dan niet goed zijn als dat we met zijn allen
zouden kiezen voor een veertigjarige loopbaan, met een grens van vijfenzestig
lentes. Wie dan veertig jaar de helft van zijn inkomen aan vadertje staat heeft
afgestaan, heeft recht op rust, respect en de interesten van zijn investering
onder de vorm van een pensioentje. Wie begonnen is op zijn achttiende, mag aan
de pensioentafel aanschuiven op zijn achtenvijftigste. Wie begonnen is op zijn
achtentwintigste mag dit op zijn vijfenzestigste.”
Vaak denk ik terug aan de woorden van Arthur
Schopenhauer:
“
Elke waarheid doorloopt drie stadia. Eerst wordt ze belachelijk gemaakt . Dan
wordt ze hevig bestreden. Ten slotte wordt ze als vanzelfsprekend aangenomen.”
Of het pensioenplan van Lijst Dedecker nu links of
rechts, progressief of conservatief is, wordt nu onduidelijk, maar één ding is
zeker het is gewoon “Gezond Verstand”.
Bruno Tobback en Wouter Devriendt hoeven niets te
vrezen, ik zal hen niet dagvaarden voor plagiaat, maar eerder hen mijn boek “Rechts
voor de Raap “opsturen zodat ze nog meer ideeën van Lijst Dedecker kunnen kopiëren
en in wetteksten gieten. Ik zal ze met veel plezier en enthousiasme in de Kamer
steunen.
Ze mogen zelfs de spreekwoordelijk pluim op de hoed steken,
want niet wie de bloemen krijgt is belangrijk maar dat de Vlaming er beter van
wordt.
Het Japanse Sumitomo wordt voor zo’n 100 miljoen euro
hoofdaandeelhouder in twee van onze zeven offshore windenergieparken. Niet
toevallig in Northwind en Belwind. Het zijn immers de jackpotten van de
duurzame energie. Op de Lodewijkbank plant Northwind 72 turbines voor 216
megawatt. Dat is precies de capaciteitsgrens waarvoor groenestroomcertificaten
vergoed worden tegen 107 euro per megawattuur. Daarboven is het 90 euro. Deze
berekening werd uitgedokterd in 2005 door Johan Vande Lanotte als minister van
de Noordzee en Marc Verwilghen als Minister van Energie. De verhoging van de
prijs van de groenestroomcertificaten op dit moment was merkwaardig. In 2002
werd de prijs bepaald op 90 euro, in 2005 verhoogd tot 107 euro voor de eerste
216mw. Het VITO had in 2005 berekend dat de windenergie op zee een inkomen van
93 euro nodig had per megawattuur(MWH) om rendabel te worden. Dit noemt men de
“onrendabele top” of de minimumprijs die nodig is om alternatieve
energiebronnen aantrekkelijk te maken. Daarvan moet men eerlijkheidshalve nog
de werkelijke elektriciteitsprijs ( 50 tot 60 euro MWH) aftrekken, want tegen
deze prijs wordt de echte productie ook nog verkocht. Een verhoging was dus
niet nodig.
Het ministerduo nam nog een belangrijke beslissing : de
garantietijd voor de windboeren om deze certificaten te incasseren werd
verdubbeld van 10 tot 20 jaar. In ruil daarvoor kreeg Verwilghen een stijging
van het kortingsvoordeel voor bedrijven die jaarlijks meer dan 20.000
megawattuur verbruiken, de zogenaamde energie-intensieve bedrijven. Zo zou
bijvoorbeeld een chemisch bedrijf dat 1,5 miljoen mwh(megawattuur) verbruikt ipv
2,6 miljoen euro nog amper 250.000 euro betalen. De politici waren tevreden met
elk een electoraal tooltje, maar Jan met de pet, het modale gezin en de kleine
KMO’s moeten de factuur van de windmolens op zee betalen. Bovendien hield men
toen bewust of onbewust geen rekening met de stijging van de energiekost voor
de overheid. Een studie van de High Level Group Chemie en Life Sciences, wees
in 2009 uit dat bij een ongewijzigd subsidiebeleid Infrabel, beheerder van het
Belgische spoorwegnet, in 2030 18 miljoen euro per jaar meer zou betalen op hun
energiefactuur dan vandaag en dit enkel en alleen als gevolg van de kostprijs
van de groenestroomcertificaten van de offshore windmolens. Jan modaal, de
hardwerkende burger, betaalt nu tweemaal voor zijn deze groenestroomcertificaten,
eenmaal via zijn elektriciteitsfactuur en nogmaals via de belastingen om de
stijging van de elektriciteitsfactuur van de overheid te betalen. En dit terwijl
de offshore windmolenbedrijven de windfallwinsten massaal op zak steken.
Win for life
Dus Northwind krijgt voor haar ganse elektriciteitsproductie
gedurende 20 jaar een subsidie van 107 euro per megawattuur. Deze wordt dan
door de netwerkbeheerder doorgerekend aan de verbruiker. Northwind werd – onder
de naam Eldepasco – in december 2007 opgericht door Electrawinds, Depret ,
Aspiravi en wind energie power( groep Colruyt),één week nadat Johan Vande Lanotte voorzitter van Electrawinds werd. Op
7 juni 2010 werd hij ook lid van de Raad van Bestuur van Northwind(Eldepasco)
tot Electrawinds in februari 2011 al zijn aandelen verkocht aan de groep
Colruyt.
Groenestroomcertificaten zijn dus werkelijk biljetten van
win for life. Wat dit in werkelijkheid betekent, heeft Belwind al bewezen, het
tweede koopje van Sumitomo. Met momenteel nog maar 55 windmolens draaide het in
2011 een omzet van 90.5 miljoen euro, 27.5 miljoen uit de verkoop van elektriciteit
en 63 miljoen van groenestroomcertificaten! Het leverde een operationele winst
op van 33,5 miljoen euro. De Japanners zijn meesters met de rekenmachine.
Belwind mag haar park nog verdubbelen tot 110 windmolens van 330 MW. Kassa!
Volgens de CREG( de commissie voor de regulering van de
elektriciteit en het gas) zullen de zeven geplande windmolenparken gemiddeld
300 megawatt groot zijn en elk meer dan 1 miljoen megawattuur produceren. Dit
betekent voor elk park minimum 100 miljoen euro groenestroomscertificaten per
jaar. Voor de volgende 20 jaar zal de rekening oplopen tot 15,7 MILJARD euro. De
gemiddelde investeringskost in een offshore windmolenpark is 1 miljard euro en
levert gegarandeerd 2 miljard euro groenestroomcertificaten op. De offshore
windmolenparken zijn jackpotten voor de uitbaters, maar driearmige bandieten
voor de verbruikers en de belastingbetalers.
Moderne piraterij met duurzame energie
Voor Belwind , Northwind, C-power is bovenstaand casino voor
2 decennia verworven. Voor de nieuwe realisaties wil minister Wathelet nu
scherper aan de wind varen en de prijs van de groenestroomcertificaten koppelen
aan de marktprijs van elektriciteit. De steun zou zakken, als de
elektriciteitsprijs stijgt of omgekeerd, maar de onrendabele top stijgt ook
naar 152 euro. Deze nieuwe berekening is gebaseerd op het zogenaamde Dralans –
rapport van VOKA. Een rapport waar beschermengel van de offshore windenergie,
Johan Vande Lanotte mee de pen hanteerde. Johan Vande Lanotte zetelde in de
groep Dralans als vertegenwoordiger van BOP(Belgian Offshore Platform) die de
belangen van de offshore windenergiebedrijven verdedigt.
De verbruiker blijft altijd de klos bij deze
broekzak-vestzakoperatie. Hij betaalt minimum 152 per MWH of driemaal de
huidige marktprijs. Ook CREG is van mening dat de steun aan de offshore
windmolenparken nog zou stijgen in plaats van dalen. Moderne piraterij met
duurzame energie.
Het afromen van de nucleaire taks voor het stimuleren van
groene energie is eerder windowdressing dan economisch beleid. De nucleaire
taks is de opbrengst van wat de verbruiker teveel betaalt aan Electrabel voor
woekerwinsten met de afgeschreven kerncentrales. Deze taks moet doorgestort
worden aan de verbruikers en niet aan de windboeren. Onze ganse
energieproductie, van klassieke gas – en steenkoolcentrales tot kerncentrales,
is in handen van buitenlandse monopolisten en conglomeraten die de prijs en het
aanbod sturen volgens hun eigen dividendenlogica. Jarenlang mocht en mag
Electrabel als melkkoe grazen op de Belgische weiden, maar werd en wordt
gemolken in Frankrijk. De beloofde “Golden
share” van Verhofstadt om de Belgische verankering bij SUEZ te garanderen
blijkt achteraf gebakken lucht te zijn. Ik heb niets tegen de globalisering van
de economie en de internationalisering van onze bedrijven – dit heet economisch
liberalisme – maar de energiebevoorrading loopt door de slagaders van onze
economie en van onze huishoudens en kan een infarct veroorzaken. Verankering en
controle zijn dus een noodzaak.
Onze overgesubsidieerde offshore windenergie zal aan de
verbruiker –belastingbetaler minimum 16 miljard euro extra kosten. Moeten we
dan toelaten dat zeerovers onze schatkist leegeten omdat het met een groene
saus overgoten is? Hebben we met Electrabel nog onze les niet geleerd?
Zelfs de ondraaglijke lichtheid van het koninklijk bestaan wordt uiteindelijk zwaar om te dragen voor koninklijke schouders. Een gemeenschap deelt en hanteert morele waarden gebaseerd op redelijke verwachtingen van iemands eerlijk gedrag. Het DNA in de bloedstroom van de Saksen-Coburgs heeft de laatste maanden meermaals het kookpunt bereikt. Van de strapatsen van Petit Prince Laurent en de charismatische stichting van Fabiola di Mora y Aragon tot boel met Delphine. Er is een opvolging van deuken in het koninklijke blazoen en de pensioengerechtigde leeftijdsgrens van onze monarch is al lang overschreden. Maar elk nadeel 'heb' zijn voordeel.
Een zevende koning op komst is een mooi bijbels getal om er mee te stoppen. Een republiek hoort bij een democratie zoals aardbeien en gras bij Wimbledon. Politieke macht is niet meer erfelijk zoals in de middeleeuwen, maar behoort toe aan de verkozenen des volks. Wetten moeten niet meer uitgevaardigd en ondertekend worden door de koning, maar door de uitvoerende macht. We hoeven zelfs geen president te kiezen, maar naar Zwitsers model kunnen we om de twee jaar een minister aanduiden die de protocollaire, presidentiële rol tijdelijk invult. Het koekoeksland is altijd spaarzaam geweest met centen maar gul met de democratische waarden.
Onze 'gestelde lichamen' zijn echter nog altijd niet toe aan een dergelijke democratische revolutie. Historische momenten vereisen nochtans historische daden en beslissingen. Dan maar van de nood een deugd maken. Deze troonafstand is een ideale gelegenheid om de koninklijke macht en invloed in te perken tot een zuivere protocollaire en ceremoniële functie. Het wordt al jaren gefluisterd in de coulissen van de Wetstraat, maar tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren.
De koudwatervrees van onze politici dat dit kunstmatig land, dat begon met een operette, zou eindigen met de Vlaamse Leeuw, is groter dan hun democratische reflex. De monarchie als glijmiddel misbruiken voor het vormen van regeringen is een alibi voor politieke onbekwaamheid en verdoken Belgisch nationalisme.
Voor diegenen die nog nood hebben aan een pseudomoreel gezag en de koekendozenromantiek van prinsjes en prinsesjes kan het Lakense gesubsidieerd volkstheater nog getolereerd worden, maar het blijft een kaakslag voor het intellect. Emotie is een slechte raadgever om een staatsvorm in stand te houden. Zelfs het Huis van Oranje heeft dit ondertussen al begrepen, in navolging van de Zweden, de Denen, de Noren, de Britten de Spanjaarden, enz., … ze hebben zich uit zelfbehoud neergelegd bij de rol van lintjesknipper.
De troonsafstand van Albert is ook een ideale gelegenheid om het gulle huishoudbudget van de Saksen-Coburgs aan een doorlichting te onderwerpen. Van de Civiele Lijst tot de dotatiecultuur. Er is niets oneerbaars aan om te werken voor de kost zoals de meeste koningskinderen doen in de andere Europese vorstenhuizen.
Prinses Astrid is bijvoorbeeld zeker niet veroordeeld tot de bedelstaf. Met de Habsburger Lorenz als echtgenoot, die jaarlijks een paar miljoen euro dividenden en bonussen opstrijkt als bankier bij de Zwitserse Gutzwiller Bank, blijft de schatkist van Stuyvenberg gespekt. Voor het enfant terrible van Laken zou het zelfs een bevrijding zijn. Prins Laurent kan zonder dotatie immers in volle vrijheid en met volle teugen genieten van het groene schnabbelcircuit, van Israël tot in Congo en Zimbabwe. Van een dotatie voor de prinses-troonopvolgster kan er nu nog geen sprake zijn. Ze geniet nog van de kinderbijslag van koning Filip. We worden wel het enige land ter wereld met twee koningen en twee koninginnen. Dat wordt een zwaar pensioenfonds. Als dit maar goed afloopt.
Maar wat baten kaars en bril … wedden dat onze politici op 21 juli met dichtgeknepen billen de Brabançonne zullen staan neuriën. Sommigen de Marseillaise.
Aangezien op de gemeenteraden elke kritische discussie in de
kiem gesmoord wordt, richten wij onze opmerkingen rechtstreeks tot u.
Tot onze ontstentenis moesten wij op de gemeenteraad van 27
juni vernemen dat u niet aanwezig was op de algemene vergadering van de
Gemeentelijke Holding NV van 26 juni ll. Nochtans werd dit mandaat u toevertrouwd bij stemming op de
gemeenteraad van 13 juni. Enige kennis van het dossier is immers niet verreist,
alleen de juiste politieke kleur. Ook uw plaatsvervanger, schepen Michel
Landuyt, stuurde zijn kat naar deze belangrijke Algemene Vergadering.
Het kan voor u wel een peulschil lijken, maar in het debacle
van de Gemeentelijke Holding verloor de Middelkerkse belastingbetaler een
slordige 1,5 miljoen euro.
Het gemeentelijk standpunt en de steminstructies voor dergelijke
algemene vergaderingen moeten in principe voorbereid worden door de daartoe
bevoegde Raadscommissie, maar de burgemeester Jana Rommel – Opstaele en de
voorzitter van de gemeenteraad, Michel Landuyt weigeren, dictatoriaal om die
commissie samen te roepen. Op de bovenvermelde algemene vergadering zou u
kwijting verlenen aan de bestuurders in opdracht van de gemeenteraad zoals
beslist op 13 juni. Landuyt & co waren immers verantwoordelijk om nog eens
een extra 150.000 euro te verkwanselen in een kapitaalsverhoging van de
Gemeentelijke Holding in 2009. Dit potje moet nu gedekt blijven. Maar elk
nadeel heeft zijn voordeel. Het enig positieve aan uw absenteïsme is dat u niet
in de valkuil van “de verplichte kwijting “ hebt moeten stappen. Ik citeer uit
de Standaard van 27 juni:
“De bestuurders van de Gemeentelijke Holding ontsnappen aan een dagvaarding
door technische redenen. Een kritische doorlichting door de vereffenaars brengt
tal van pijnpunten aan het licht, maar ze kunnen niets doen wegens de gegeven
kwijting.”
Op de gemeenteraad van 27 juni betoogde u dat u geen weet
had van de Algemene Vergadering van de Gemeentelijke Holding. Uw excuus dat u
niet op de hoogte was van die algemene vergadering raakt kant noch wal. U
beweert zelfs dat u en de gemeente geen uitnodiging ontvangen hebben. Moest de
gemeente over een postregistratie beschikken, zoals wettelijk verplicht, dan
zou men dit officieel kunnen tegenspreken. Maar ook het bijhouden van dergelijk
register vinden u en uw coalitiepartners niet nodig (zie uitspraken op de
gemeenteraad van 13 juni ll.) Nu weten we waarom.
Wij nemen daarom de vrijheid uw geheugen eventjes op te
frissen. De gemeentelijke Holding heeft TWEEMAAL een uitnodiging verstuurd voor
haar algemene vergadering. Eénmaal op 17 mei 2013 en nog een herinnering op 30
mei 2013. Deze correspondentie bevond zich ook bij
de stukken in het dossier voor de bijeenroeping van de gemeenteraad van 13
juni.
Wij hebben deze stukken wel gelezen, maar wat baten kaars en
bril …
Door het gemeentebestuur worden er allerhande mandaten
uitgedeeld aan de leden van de meerderheid (en de NV-A). We zouden minimum
mogen verwachten dat deze gegadigden zich ook zouden bekommeren om hun taak en
niet alleen om de zitpenningen.