Archief

zondag 28 augustus 2022

Dwepen met Rushdie en dan Frontnacht verbieden is ideologische schizofrenie

 ‘Beledigende spraak moet sociaal worden ontmoedigd, maar niet juridisch. Aanstootgevende meningen zijn een vuurproef voor de sterkte van de democratie’, schrijft Jean-Marie Dedecker.

Er staat sedert 1989 een ongelezen roman van 546 pagina’s op mijn boekenplank: The Satanic Verses. De islamitische allegorieën rond Gibreel en Saladin waren voor mij een te grote worsteling met de taal van Shakespeare om ervan te kunnen genieten. Daarvoor had ik het ook niet aangeschaft. Ik kocht mijn exemplaar in Londen voor £ 12.95, als steun aan en sympathie voor de auteur Salman Rushdie, symbool van de vrije meningsuiting. In de ganse islamitische wereld grepen er toen boekverbrandingen plaats van zijn blasfemisch meesterwerk door satanische analfabete baardjurken. De religiegekken waren toen opgestookt door een fatwa van de Iraanse Ayatollah Khomeini. Drieëndertig jaar na datum werd het doodvonnis bijna uitgevoerd. Rushdie, het symbool van de vrije meningsuiting, werd in het Amerikaanse Chautauqua neergestoken door een soldaat van Allah, Hadi Matar.