Het wordt tijd om
het onderwijs, de bakermat van kennisoverdracht, terug te geven aan de
leerkrachten, en hun professionele gezagspositie in ere te herstellen',
schrijft Jean-Marie Dedecker bij de start van het nieuwe schooljaar.
Morgen 2 september
is het eerste schooldag. Naar jaarlijkse gewoonte worden we dan door de media
gemasseerd met tranentrekkende beelden van wenende kleuters die moeders rok met
moeite kunnen lossen. Maar naast de jaarlijkse terugkeer van deze emotionele
kalendervreugde voor de nieuwe start is er ook het traditionele kalendergezeur
en gejeremieer over het lerarengebrek, onderfinanciering, planlast, het dalende
onderwijsniveau of het falende M-decreet. Zelfs het moslim-hoofddoekje is
dankzij een activistische Leuvense rechter al terug op de schoolagenda
geplaatst. Zwarte toga's kennen ook de kunst van timing.
Als er een tekort
aan leerkrachten is in het onderwijs, dan heeft dat niets met de politieke
besluitvorming te maken. Onze
onderwijzers zijn zelfs beter betaald dan het gemiddelde van de OESO-landen,
en ze staan ook minder voor de klas dan hun collega's in die landen. Op 100
euro Vlaamse belastingen gaat er zo'n 25,8 euro naar het onderwijs, waarvan
84,5 % naar lonen.
Het heeft alles te
maken met het gesol met jonge idealistische leraars door de onderwijskoepels
zelf. Het systeem van tijdelijke aanstelling TADD zorgt er bijvoorbeeld voor
dat beginners twee jaar op eigen kosten van de ene school naar de andere hotsen
om een vol lessenpakket en dito salaris te kunnen krijgen. Vanaf het derde jaar
worden ze dan telkens gedumpt want dan moeten ze opgenomen worden in een vaste
poule. Ze worden jarenlang van het kastje naar muur gestuurd, of liever: van
het bord naar de speelplaats. Ze worden ook als reserveonderdeel misbruikt om
gaten op te vullen voor statutair benoemde leerkrachten die o.a. de geneugten
van de vier-vijfde loopbaan ontdekt hebben voor zorgkrediet,
loopbaanonderbreking, flexijobs of tijdens de laatste jaren voor hun pensioen.
Er is in honderden basisscholen geen geld om een turnleraar te betalen, maar al
is er maar één leerling in de school zit, die één of andere erkende godsdienst
belijdt, moet er verplicht een zwart- of een witrok op de loonlijst bijkomen.
Daarenboven is het
onderwijs kapot hervormd door een leger van pretpedagogen en multiculturele
wijsneuzen die zelf nooit met een krijt op een schoolbord geschreven hebben.
Vanaf morgen zijn bijvoorbeeld alle eindtermen geformuleerd volgens een
ingewikkelde matrix die los staat van een opgelegde schoolvakkenstructuur. Het
niveau is zodanig omlaag genivelleerd en de inhoud van de vakken is zodanig
uitgehold dat de vakspecialisten er amper nog les mogen over geven.
Het lijkt wel alsof
de anticultuur werd ontwikkeld. Geschiedenis, kunst en literatuur zijn
secundair geworden, en kennis ondergeschikt aan vaardigheden. In de
pampermaatschappij is de evolutionaire druk om slim te zijn afgenomen. Toen de
ouders van mijn buur Bernard naar school gingen om te protesteren tegen de buis
van hun gozer, kregen ze van een onderdanige leraar te horen dat hij een nul
had voor Frans en nog drie deliberatievakken. De kruippedagoog verontschuldigde
zich, want had Bernard zijn naam ingevuld op het examenblad, dan had hij nog
punten kunnen krijgen, maar de lieverd was zelfs niet komen opdagen.
De zesjescultuur
regeert. Goed onderwijs was vroeger autoritair, maar autoriteit is nu verdacht.
Vroeger besliste een leraar of een kind voldoende geschoold was om een
studiejaar hoger aan te vatten. Maar daarna kwam de klassen- en de schoolraad,
niet zelden bemand door blinde rekenvaders en voorleesmoeders die niet zien dat
hun nakomeling minder wonderkind is dan ze zelf willen inzien. Nu is er ook nog
een interne beroepscommissie inzake deliberatiebetwistingen, voor de helft
bestaande uit externen.
De juridisering van
het onderwijs nam het over van de pedagogie. Vroeger kregen we punten, nu soms
sterretjes, en A- B- of C-attesten, want voor de pret- en pamperpedagogen moet
het leuk zijn. Klasgemiddelden worden soms niet meer berekend en bekend
gemaakt, want te stigmatiserend voor de zwakke leerlingen, en buizen is des
duivels. De problemen worden doorgeschoven naar de volgende studiejaren.
Politieke
pedagoochelaars houden zich meer bezig met de ideologische inhoud van ons
onderwijs dan met de organisatie ervan. De multiculturele moraliserende
platitudes van onderwijsegalitairen werden de nieuwe onderwijsreligie. Gelijke
kansen werden gelijke uitkomsten voor de egale mensenkindjes, en de kennislat
werd zo laag gelegd dat iedereen er over kon struikelen. De
multiculturele traumagevoeligheid en educatieangst leidde er toe dat we volgens
het TALIS-onderzoek in 48 OESO landen (Teaching and Learning International
Survey) kampioen zijn " in pestgedrag onder leerlingen" en
" in verbale intimidatie van leerkrachten". Het oude systeem
van orde, tucht en zelfdiscipline moest door een hervormingskliek van pedante
sociologen op de schop, en de leraar boette in aan gezag. Straffen mag niet
meer want te stigmatiserend.
Afgelopen week berichtte de UGent dat de kennis van grammatica
bij Vlaamse scholieren sterk achteruit gegaan is, en zelfs gezakt onder de 50%. Niets
nieuws onder de onderwijszon. Andere onderzoeken, van de PISA-studie bij
15-jarigen en de LVS-toetsen bij basisschoolkinderen tot de PIRLS-studie over
leesvaardigheid tonen allen de vrije val van ons onderwijs aan. In het
talenonderwijs mogen grammaticale fouten enkel nog gesignaleerd worden, maar
niet meer gesanctioneerd. Vormcorrectheid en literatuur zijn bijzaak. Met zijn
allen onderweg naar het analfabetisme. In sommige basisscholen worden er meer
talen gesproken door Nederlands onkundige peuters dan in de toren van Babel. De
leraars hebben het er lastiger met een talenstrijd dan met hun leeropdracht. Diversiteit
is de mantra.
Een
onderzoek van de KUleuven, op basis van de punten die Vlaamse 15-jarigen tussen
2003 en 2015 scoorden op de Internationale PISA-tests, toonde aan dat een
kansarme leerling op een college zo'n 150 punten meer haalt dan een gegoede
leerling op een concentratieschool. Dat komt overeen met een
voorsprong van vier leerjaren, en de kansrijke leerlingen scoorden zelfs
slechter dan 12 jaar eerder. De school is meer bepalend voor de prestatie van
de leerlingen dan hun sociale positie.
Het talent van
pubers ontwikkelen is een nobele roeping: "plus est en vous".
Goede leraars bezitten de vitale kwaliteit om hun beste leerlingen triomfen te
laten scoren door een combinatie van theater en gezag, en door iedereen boven
zichzelf te laten uitstijgen.
Lieven Boeve, de
paus van Katholiek Onderwijs Vlaanderen en Raymonda Verdyck, goeroe van het
Gemeenschapsonderwijs, zouden beter te biechten gaan bij zichzelf in plaats van
aan de Klaagmuur te staan. Ze zijn immers mede verantwoordelijk voor de
woekerende malaise. Ze kunnen dan het onderwijs, de bakermat van
kennisoverdracht, teruggeven aan de leerkrachten, en hun professionele
gezagspositie in ere herstellen. Boeve kan dan voor altijd op retraite in zijn
dialoogschool, en Vandyck mag op doorlopende 'lentevakantie'
Jean Marie Dedecker
Geen opmerkingen:
Een reactie posten