Archief

zondag 31 juli 2016

Naast Rusland moet ook Vlaanderen verbannen worden uit Rio.


 

Vlaanderen is de wereldkampioen van de dopingzondaars, weet Jean-Marie Dedecker. 'Dat ligt niet aan onze Vlaamse atleten, maar aan de achtervolgingswaanzin van onze doorgeschoten dopingadministratie.'
Naast Rusland moet ook Vlaanderen verbannen worden van de Olympische Spelen in Rio. Althans als je de hitparade van onze noeste Vlaamse dopingjagers mag geloven. Niet minder dan 3.8 procent van de 2.400 sporters die in 2014 gecontroleerd werden, leverde een positief plasje op. Daarmee zijn we wereldkampioen. In Wallonië was het amper 1.6% op 1.120 controles, in Nederland 0.6% op 2.002, in de VS 0.7% op 7.167, en in China 0.4% op 13.180. In de schurkenstaat Rusland amper 0.9% op 12.556 controles. Ondertussen weten we hoe het Rode leger de statistieken manipuleert. Ze zijn niet alleen. Terwijl Jamaicaanse spurtbommen als Asafa Powell, Veronica Campbell-Brown en Yohan Blake internationaal tegen de dopinglamp vlogen, vonden de Jamaicaanse controleurs geen enkel positief geval op 347 testen. In Brazilië hetzelfde resultaat, maar de olijke carnavalisten voerden amper 14 controles uit op een gans jaar. Voor organiserende landen van een olympiade zijn dopingcontroles zelfkastijding van het patriottisme en dus te mijden. Sotsji is ondertussen gekend als hoogmis van de Russische farmacologie, maar toen de stalen van de Olympische Spelen '84 in Los Angeles opnieuw getest werden vond men zoveel groeihormonen dat men de deksels op de urinepotjes terug dichtdraaide. Van pispot naar doofpot. Het Spaanse mirakel van Barcelona '92 was een door de overheid gedoogd EPO-beleid van bloeddokter Eufemiano Fuentes enz.. Als men de Olympische potjes zou heropenen per sport dan heeft men bij het gewichtheffen meer medailles over dan atleten. 

'Naast Rusland moet ook Vlaanderen verbannen worden uit Rio'
Vlaanderen is echter de rots in de dopinbranding. Het trieste wereldrecord aan dopingzondaars hebben we niet te danken aan onze Vlaamse atleten, ze zijn zelfs de cleanste van de wereld. Volgens The Sunday Times werd een derde van alle atletiekmedailles op WK 's en Olympische Spelen tussen 2001 en 2012 uitgereikt aan dopers. Behalve vergissing mijnentwege zat daar geen enkele Vlaming bij. We hebben die gouden medaille te danken aan de achtervolgingswaanzin van onze doorgeschoten dopingadministratie, onder leiding van ene dokter Hans Cooman. Het laatste decennium is er quasi geen enkel dopinggeval meer te melden bij onze elitesporters. Enerzijds is de wetenschappelijke voorsprong van de stropers op de jachtwachters te groot, maar anderzijds is de invoering van het bloedpaspoort ook een efficiënt afschrikkingsmiddel. Dan maar op jacht naar de gelegenheidssporter. De statistieken moeten gehaald worden, al is het maar om het eigen gelijk te bewijzen. Er zijn twee soorten leugens: echte leugens en statistieken.

Obersturmbannführer Hans Cooman

Het zit zo. Op twee essentiële punten onderscheidt de Vlaamse dopingreglementering zich van de WADA-code (World Anti Doping Agency). De eerste afwijking ligt in het ruime toepassingsgebied van de dopingregels. De Vlaamse Overheid besliste om de internationale dopingreglementering ook op de niet-elitesporter, de "breedtesporter" toe te passen. Van zodra je naar het stedelijk zwembad gaat, het fitnesscentrum bezoekt of gaat joggen met vrienden, kan je het bezoek krijgen van een dopingcontroleur. Als je dit geen probleem vindt, bedenk dan dat de kans dat je neusdruppels, hoestsiroop of voedingssupplement verboden stoffen bevatten, bijzonder groot is. In dat het geval zal je als dopingzondaar voor de Disciplinaire Commissie van de Vlaamse Overheid moeten verschijnen, met een maandwedde als geldboete en een uitsluiting van alle sportwedstrijden voor de komende vier jaar als gevolg. Ook al heb je in je leven nog aan geen enkele sportwedstrijd deelgenomen. Het ruime toepassingsgebied is een machtig kanon om te schieten op een mug.
Om de pakkans te vergroten werden zelfs controles uitgevoerd in de gevangenis! Ik betwijfel nochtans of Freddy Horion aan de EPO zit om vlugger de benen te kunnen nemen.
Een tweede essentiële afwijking van de WADA-code is dat de Vlaamse Overheid de dopingwetgeving toevertrouwde aan haar eigen verpolitiseerde administratie en geen onafhankelijk antidopingagentschap oprichtte. Bij gebrek aan ministerieel leiderschap zorgt de administratie voor een heksenjacht o.l.v. obersturmbannführer Hans Cooman en een legertje controleartsen. De bedoeling is zo veel mogelijk dopinginbreuken vast te stellen. Om dat te bereiken, is het dan ook makkelijker om wekelijks "gestapogewijs" binnen te vallen in fitnesscentra en de onwetende recreant te "betrappen", dan om gerichte controles uit te voeren bij topsporters. In het vierde kwartaal van 2015 werd zo 58% van de fitnessers "betrapt" op dopinggebruik. Om de pakkans te vergroten werden zelfs controles uitgevoerd in de gevangenis!
Ik betwijfel nochtans of Freddy Horion aan de EPO zit om vlugger de benen te kunnen nemen. In 99 % (negenennegentig procent) van alle dopingzaken betreft het breedtesporters. Door te focussen op een doelgroep die in de rest van de wereld helemaal niet gecontroleerd wordt, staat Vlaanderen daardoor aan de wereldtop wat betreft "betrapte" sporters. Tot grote tevredenheid van Sportminister Philippe Muyters (N-VA). Triomfalisme van de Vlaamse kneuterigheid. Als je gedurende tien jaar geen vette vis kunt vangen moet je uit frustratie kleine garnalen kruien. Op 5 juli uitte Yves Defoort, jurist en procureur bij het Vlaamse Antidopingagentschap (NADO) ernstige kritiek op het eigen Vlaamse beleid: een hypocriet, arrogant, gemakzuchtig cowboybeleid. Hij werd door Muyters prompt als nestbevuiler en ambetantenaar afgeserveerd en kreeg van Cooman een klacht aan zijn broek. Het lot van elke klokkenluider. Muyters' dopingbeleid mag dan al formeel aan de WADA-code voldoen, in de praktijk gaat het om een heksenjacht met een sheriff aan het hoofd, die uit geldingsdrang slechts losse flodders afschiet.

Farizeeërsgeneuzel

Voor het serieuze werk gaat het er immers amateuristischer aan toe. Het Leuvense ozondossier over 30 sporters verdampte juridisch als sneeuw onder de zon. Meerkampster Nafi Thiam verloor haar wereldrecord omdat de dopingcontroleur te laat op zijn afspraak was. Tienkamper Thomas Van der Plaetsen werd ten onrechte aan de dopingschandpaal genageld omdat de administratie "vergeten" was om eerst, conform de WADA-code, na te gaan of de positieve test geen pathologische oorzaak (kanker) had. Meer zelfs: kwatongen beweren dat Cooman de vermelding van een mogelijke pathologische oorzaak in het analyseverslag nog het liefst wou laten schrappen, wat het lab weigerde te doen! Ministers Muyters presteerde het nog om de heer Cooman in deze zaak te complimenteren met zijn optreden, terwijl de man - nota bene arts - het leven van de sporter net op het spel had gezet. Mediageilheid primeerde op de eed van Hippocrates. Na tien jaar vruchteloos geklungel was er eindelijk een kans op een grote vis. De 'out of competition controles' zijn ook eerder pestgedrag geworden dan doelgerichte opsporingen. Ze worden bij voorkeur tijdens het weekend uitgevoerd omdat de pakkemannen dan extra loontoeslag krijgen. De jacht met de whereabouts loopt stelselmatig op valse sissers uit: de zaken Wickmayer, Malisse, Sugar Jackson, Bekele, Monder Rizki,Delfine Persoon... losse flodders van gefrustreerde jagers.
Het Vlaams dopingbeleid lijdt aan ethische bloedarmoede en zou zelfs een scheut EPO kunnen gebruiken.
Topsport is per definitie roofbouw op het lichaam. Dopingcontrole dient enkel om valsspelers in sportcompetities te ontmaskeren en niet om statistieken op te fleuren met zondige gelegenheidssporters, op basis van het valse alibi van mens sana in corpore sano. Het Vlaams dopingbeleid is een anachronisme, het is gericht op kwantiteit en niet op kwaliteit. Het lijdt aan ethische bloedarmoede en zou zelfs een scheut EPO kunnen gebruiken. Als onze sportminister Filip Muyters in het Olympisch stadion (genoemd naar de corrupte voetbalbobo João Havelange) toevallig naast Yulija Stepanova zou zitten om Thomas met gespleten tong toe te juichen, zal ik hem verzoeken een paar zitjes op te schuiven. Uit eerlijke schaamte. De Russische klokkenluidster heeft al genoeg van het patergebazel over ethische waarden en fairplay van de laffe Olympische bobo's om er nog wat Farizeeërsgeneuzel bij te nemen.
Jean Marie Dedecker

Geen opmerkingen:

Een reactie posten