Archief

zondag 3 september 2023

Je kunt als dwerg op de schouders van een reus gaan staan, maar daarmee word je zelf niet groter

 

Voor zijn eerste column na de zomervakantie persifleert Jean-Marie Dedecker de open brief – een publireportage – waarin premier Alexander De Croo zich deze zomer verontschuldigde voor het geruzie en gekissebis van de Belgische politici de voorbije maanden.

Beste Belgen, waarde landgenoten,

Toen mijn partij, de Open Vld, in 2019 van de kiezer een zoveelste pandoering op rij had gekregen, en gedecimeerd werd tot ’s lands zevende dwergenclub, verklaarde ik grootmoedig dat je dan de dweil van de regering zou zijn als je alsnog premier zou willen worden. Maar mijn vader Herman had in zijn vijftigjarige parlementaire loopbaan alle ministerpostjes bekleed, behalve die van primus inter pares. Dit stak in onze blauwe familiecratie. Mijn moeder was er ook van overtuigd dat het van kwaad naar erger ging in den Belgiek sedert de telgen van bakkers en beenhouwers ook naar de universiteit mochten om rechten te studeren. Vandaar mijn sociaal engagement om het land te redden. Noblesse oblige. Eerst moest ik mijn partijgenote Gwendolyn Rutten een hak zetten. Ze was door PS-voorzitter Paul Magnette de Wetstraat 16 beloofd in ruil voor een links regeerprogramma. Uit ijdele hoop om de eerste vrouwelijke premier van het land te worden had ze zelfs een zekere ministerpost in de Vlaamse regentenregering aan haar neus laten voorbijgaan. Maar macht dient tot niets als je ze niet durft te misbruiken. Ik liet de federale regeringsformatie aanslepen tot mijn buddy Egbert Lachaert zich met een rechts liberaal programma in de Open Vld op het schild liet hijsen, en Rutten mocht terug naar Aarschot.


Net als mijn grote roer- en voorganger Guy Verhofstadt beschik ik over het aangeboren talent om -eenmaal aan de macht- compleet van mening te veranderen, niet zozeer uit principe, maar uit pragmatisme. Met een rechtse richtingaanwijzer nam ik een linkse bocht. Ik had bijvoorbeeld beloofd om onze zeven kernreactoren brandend te houden. Ze stonden immers in voor 55% van onze elektriciteitsproductie. Indien niet zouden we ons in 2025 met een wollen trui bij kaarslicht moeten verwarmen. Maar om de groene ecologisten in mijn Vivaldi-regering aan boord te houden, gaven we Engie de opdracht om ze alle zeven uit te doven. Maar het gas ging op de bon, en we moesten bij die Franse elektriciteitsproducent smeken om de levensduur van twee reactoren toch met tien jaar te verlengen. Ik moet u bekennen, waarde landgenoten, dat wij voor die Franse geste nu zullen moeten opdraaien voor de uitbatingsverliezen en voor de miljardenfactuur voor de ontmanteling van die centrales.

U moet begrijpen dat alle Vlaamse partijen in de federale regering ondertussen afgegleden zijn tot kibbelende Micky Mouse-partijtjes en de mijne tot een zieltogende blauwe smurfenclub. Terwijl mijn motto altijd die van de basketreus Michael Jordan is geweest, namelijk dat je met talent wel een wedstrijd kan winnen maar dat je alleen met teamwerk kampioen wordt. Toch gunnen we mekaar de kluif in de bek niet. Je kunt als dwerg wel op de schouders van een reus gaan staan, maar daarmee word je zelf niet groter. Ondank is ’s werelds loon. Met de coronapandemie leerde ik mijn volk nochtans mondmaskers naaien, want we hadden onze voorraad per abuis op de brandstapel gegooid. Ik gaf subsidies zoals Sinterklaas snoepgoed. Ik leerde u allen, waarde landgenoten, dat vrijheden geen liberale verworvenheden of mensenrechten zijn, maar beloningen die de overheid naar eigen goeddunken toekent. Met de hulp van de gezagsgetrouwe media verkochten we ons coronabeleid als een succes, terwijl onze rusthuizen funeraria werden en we lang aan de wereldtop stonden van het aantal overlijdens per 100.000 inwoners. Maar ik prijs me nu toch gelukkig dat u -ons volk- vlugger vergeet dan Onze Lieve Heer kan denken.

Dat de bejaardenberg met het pensioendossier een muis baarde mag u mij ook niet aanrekenen, waarde landgenoten. PS-baas Paul Magnette is naast schaduwpremier van Vivaldi ook burgemeester van het grauwe Charleroi. De helft van zijn Karolingers geniet van een vervangingsinkomen, en van de andere helft werkt weerom de helft als ambtenaar bij de overheid. U moet derhalve begrijpen dat ik, als handpop van Paul, niet kon tornen aan de ambtenarenpensioenen en dat je van stempelen een levenslange loopbaan mag blijven maken met garantie op een betaalde oude dag. Weliswaar op de rug van de (hard)werkende Vlaming, maar dat noemen wij solidariteit in het Wetstraatees,  

Mijn liberale partij zit al een kwarteeuw ononderbroken in de federale regering, en ondertussen zijn we er in geslaagd om kampioen te worden in nagenoeg elke belastingdiscipline. Van lasten op arbeid tot overheidsbeslag. Van personen- tot vennootschapsbelasting. Van vermogens- tot kapitaalsbelasting… U mag het mij echter niet ten kwade duiden, waarde landgenoten, dat onze belastingbrief zelfs meer rubrieken telt dan een catalogus van Ikea. Ik poogde vruchteloos die schraapzucht te vereenvoudigen en de fiscale koterij uit te mesten die mijn partij mede veroorzaakt heeft. Elke partij bleef echter mokkend op haar standpunt zitten zoals een bok op zijn haverkist.

Dat Hadja Lahbib, Minister van Buitenlandse Zaken en protégée van MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez, visa verleend had aan een veertiental Iraanse beulen en daarover gelogen had in het parlement, is eigenlijk wel een beetje mijn fout. Ik had haar daarvoor vooraf zelf stiekem de toestemming gegeven. En haar illustere voorganger Mark Eyskens (CD&V) had ooit gezegd dat je voor dergelijke zonde in elke bananenrepubliek zou moeten aftreden, maar niet in een apenland als België. Het was dus een leugentje om bestwil. Ze mocht daarom op haar lucratieve post blijven, en ik werd daarenboven ook gegijzeld door Georges-Louis die de regering dreigde op te blazen.

U moet begrijpen, waarde landgenoten, dat wij als de dood zijn voor nieuwe verkiezingen. Mea culpa, mea maxima culpa. Liegen mag wel in ’s lands belang, als het bijvoorbeeld over de begroting gaat. Er woedt immers een helse strijd tussen Malta, Slovakije en ons koninkrijkje om het grootste begrotingstekort van de EU. Mijn partijgenote, staatssecretaris Eva De Bleeker, had daarover de waarheid verteld. Om u geen nutteloze angsten in te boezemen heb ik die Cassandra dan maar aan de regeringsdeur gezet. Eva solliciteerde nog voor een functie bij de Europese Liberalen, maar werd daarvoor vakkundig afgeblokt en gesaboteerd door het olijke blauwe duo Guy Verhofstadt en zijn EU-gezellin Hilde Vautmans. Dus niet door mij. Mijn buddy, Open Vld-voorzitter Egbert Lachaert heb ik ondertussen ook voor de bus gegooid omdat hij zei dat ik als bont en blauwe keizer geen kleren meer aan had, uitgekleed door de groenlinkse Vivaldisten. Ik kon dit toch niet tolereren?

In illo tempore was ik een koele minnaar van het confederalisme. In 2010 heb ik als Open Vld-voorzitter nog de stekker uit de regering getrokken wegens de Vlaamse heisa over de opsplitsing van het kiesdistrict Bussel-Halle-Vilvoorde. Maar u moet begrijpen, waarde landgenoten, dat een wekelijks koffiekransje met ons sprookjesstaatshoofd Koning Philip in de Lakense salons wat doet met een mens. Ik ben nu terug unionist en fervent Belgicist geworden. Ik vrees dat u nu zult verwijzen naar de oude troetelnaam van mijn partij toen ze nog niet Open Vld, maar PVV noemde, wat volgens sommigen de afkorting was voor Pest Voor Vlaanderen. Maar l’Union fait la force.

Dankzij ons opengrenzenbeleid en de aantrekkingskracht van onze sociale hangmat zijn we nu met 11.649.856 miljoen zielen. Gedurende mijn kanselierschap verwierven er telkenjare 40.000 nieuwkomers ons staatsburgerschap, en stroomden er evenveel toe om asiel te verkrijgen. Wie dat voorrecht niet kreeg bleef toch hier om bij te dragen aan de geneugten van onze welvaartstaat. We zijn immers het land van melk en honing.

Straks vieren we het 200-jarig bestaan van ons koninkrijkje. Daarom doe ik maar één belofte: ik ken uw zorgen en ik zal keihard werken- samen met anderen- om u een betere politiek te geven. De politiek die u verdient. Iedere dag opnieuw.

Uw toegenegen Alexander de Grote  (alias Jean-Marie Dedecker)

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten