Archief

maandag 5 oktober 2020

Een pensioen van 1.500 euro voorspiegelen is pure volksverlakkerij

De pensioenhervorming wordt straks de achilleshiel van de nieuwe federale regering. Die smurfenclub van zeven kabouterpartijtjes onder Waalse tutele heeft besloten om het minimumpensioen voor iedereen op te trekken tot 1.500 euro. Een meeruitgave van 3,2 miljard euro per jaar, want zo'n 1,2 miljoen bejaarden krijgen nu maandelijks minder in hun pensioenzakje. Alleen zeggen de smurfen er niet bij wie de rekening gaat betalen.

Het overheidsfalen in deze materie is een chronische Belgische ziekte. Pensioenvoorzieningen werden nooit aangelegd. Integendeel. Jean-Luc Dehaene verkocht de goudvoorraad van de Nationale Bank en liet de Lotto geld lenen om zijn begroting in evenwicht te brengen. Paars-groen heeft nog een slechtere reputatie wat ons pensioeninkomen betreft. Guy Verhofstadt en Johan Vande Lanotte roofden begin deze eeuw vijf miljard uit de pensioenkas van Belgacom. De belastingbetaler moet daardoor nu jaarlijks 450 tot 470 miljoen ophoesten voor de gepensioneerden van Proximus. De spaarpotten van Brussels Airport (BIAC), Belgocontrol, de NMBS en de Antwerpse Haven werden ook geplunderd om in de bodemloze Paarse begrotingsput te gooien. De pensioenlast van deze parastatalen werd door de paarse potverteerders volledig doorgeschoven op het zweet van de toekomstige generaties. De lusten voor vandaag, de lasten voor morgen. Voor 'Jogans' oplichterstruc met het Zilverfonds, een marketingstunt met virtueel geld, zou elke minister in een bananenrepubliek in de krokodillenvijver gegooid worden. Hier word je als oude krokodil Minister van Staat en bekroond met een Leopoldsorde. Paars sloeg ons bont en blauw.

Wij hebben nauwelijks pensioenspaarpotten. Onze pensioenlast, nagenoeg zo'n vijftig miljard euro per jaar, wordt telkenmale door de belastingbetaler opgehoest. Dit bedrag is hoger dan wat we jaarlijks via de personenbelasting afdragen aan de fiscus. En het wordt nog erger. Bij ongewijzigd beleid wordt België, op Luxemburg na, het land met het duurste pensioensysteem van Europa. Er zal in 2070 immers zo'n 15% van het BBP nodig zijn om de pensioenlast te financieren volgens de Economic review Belgium van het OESO uit 2019 (nu is het 11%). Voor Nederland zal het bijvoorbeeld amper 7,9% van het BBP zijn en het EU gemiddelde wordt dan pas afgeklopt op 11,4%.

In 1950 was er in ons land één gepensioneerde op 10 werkenden, vandaag 4,6 op 10. In 2040 zal maar liefst een kwart van onze bevolking deel uitmaken van onze bejaardenberg. Bij de stichting van ons koninkrijkje in 1830 was nauwelijks 5% van de bevolking ouder dan 65, daarvan stierf toen nog 80% in pikzwarte armoede. Onze levensverwachting ligt nu boven de tachtig jaar, in de zeventiende eeuw was dat slechts dertig jaar, rond 1900 was het vijftig, en in 1930 al vijfenzestig. De gemiddelde levensduur in 2050 wordt geschat op 87 jaar. Dan hebben we een vergrijzing binnen de vergrijzing. Zo oud als Methusalem met zijn 969 jaar, of Noah met zijn 950 lentes (volgens het Oude Testament althans) wordt waarschijnlijk niemand, maar de huidige bovengrens is nog niet in zicht.

Al sinds de oudheid bestaan er twee stereotype beelden over bejaarden, voor de ene zijn het wijzen, voor de anderen zijn het geestelijk afgetakelden. Voor de Griekse wijsgeer Plato beschikten de oudste mannen over de meeste levenswijsheid om de staat te besturen, maar zijn leerling Aristoles vond dan weer dat ouderdom geen garantie was op wijsheid, want lichaam en geest gaan gelijktijdig in vervalmodus.

In ons koninkrijkje heeft men een tussenoplossing gevonden in het mechanisme van de politieke zoontjesfabriek. Niet alleen het koningschap is hier erfelijk, maar het premierschap ook. Charles Michel kon de onvervulde wens van zijn vader Louis om ooit eerste minister te worden in vervulling brengen, en Alexander De Croo maakt die natte droom van zijn vader Herman nu waar. Een nieuwe politieke adel met haar eigen dynastieën...

Terwijl men in Nederland door het systeem van individuele pensioenvorming nagenoeg zijn wedde behoudt bij pensionering, valt de gemiddelde Belg terug op 62% van zijn laatste salaris. Dit betekent dat zijn koopkracht op slag vermindert met 38%. In Luxemburg houdt men 88% over van zijn salaris, en in Italië zelfs 93%, volgens de studie Pensions at a Glance uit 2019 van het OESO. De meeste pensioenen zijn hier nog niet hoog genoeg om de rekening van een rusthuis te betalen, waarvan de gemiddelde factuur 1.728 euro per maand bedraagt. Dit voorrecht is nagenoeg uitsluitend weggelegd voor diegenen die over een gemiddeld ambtenarenpensioen van 2.755 euro per maand beschikken. Wie zijn ganse leven stempelt krijgt hier meer dan een zelfstandige die gans zijn leven zijn sociale bijdragen netjes betaald heeft, en daarvoor volgens FOD Pensioenen gemiddeld 900 euro krijgt, net genoeg om niet van honger te overlijden. Een mannelijke werknemer moet de eindjes aan mekaar knopen met gemiddeld 1.112 euro. We betalen de hoogste belastingen van de wereld en krijgen in evenredigheid de laagste pensioenen van gans Europa.

Wil men onze pensioenen betaalbaar houden dan moet men de grote staatspensioenen durven aftoppen (een happy few ontvangt 6.801 euro per maand.). Dan moet men doorgeschoten stelsels als die van de NMBS rationaliseren, waar sommigen al een volle loopbaan hebben na 36 jaar sporen en op hun 55ste mogen rusten, net als luchtverkeersleiders, die dan nog mogen genieten van een pensioentje van 4.631 euro per maand. Dan moet men snoeien in de 57 'verloven voor pensionering' in de publieke sector. Dan moet men zorgverloven en gelijkgestelde periodes - waarin men aan pensioen opbouw doet zonder te werken en zonder er voor te betalen - inkorten. Eén derde of 35% van de huidige werknemerspensioenen is opgebouwd uit gelijkgestelde periodes. Dan moet men de pensioenleeftijd aanpassen in functie van de voortdurende verhogingen van de levensduurverwachting. Dan mag men geen cadeautjes uitdelen zoals de recent gestemde 400 miljoen euro voor mijnwerkers die al dertig jaar op rust zijn, waaronder een premie van 25.000 euro en 200 euro extra per maand. Plat opportunisme van laffe politici.

Het is ook een vals dogma van de linkse kerk dat we migratie nodig hebben om onze pensioenen veilig te stellen. Van alle migranten die de laatste tien jaar naar ons land overstaken was 78% voor gezinshereniging of als zogezegde politieke vluchteling. Nauwelijks 22% kwam om te werken of te studeren. Slechts 53% van de naar ons land afgezakte migranten tussen 20 en 65 jaar is aan de slag. Bijna dertig procent onder de werkzaamheidsgraad van 80% die nodig zal zijn om ons systeem draaiende te houden. Dit is financieel en sociologisch onaanvaardbaar. Ons pensioensysteem is een koterij van onrechtvaardigheden.

Niemand heeft de moed om die Augiasstal uit te mesten. Iedereen een minimumpensioen van 1.500 euro netto of bruto beloven is pure volksverlakkerij. Het beste pensioen is een eigen woning, en 70% van onze noeste Vlamingen heeft gelukkig een baksteen in de maag, evenals een spaarkous onder de matras. Ze hebben momenteel allen samen al 1.300 miljard euro gehamsterd. De babyboomers hebben zich immers blauw betaald aan bijdragen, en lachen groen met hun pensioen. De millennials beseffen dat ze voor zichzelf zullen moeten zorgen met een tweede, derde of vierde pensioenpijler, of het lachen zal hen vergaan.

Frank Vandenbroucke mag nu terug meespelen in het Vivaldi-orkest. He's back bitches. Hij was minister van sociale zaken en pensioenen in het Paars-groene kabinet van Verhofstadt van 1999 tot 2003. Samen met 'teletubbie' Vande Lanotte was hij oprichter van het oplichtersvehikel Zilverfonds. Met het vooruitzicht op de ergste economische crisis sedert de grote depressie zijn we overgeleverd aan diezelfde Paars-groene politieke club die twintig jaar geleden onze pensioenpot verteerde. Mijn vertrouwen ligt diep onder de armoedegrens.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten